maandag 8 december 2008

En wie ziek wordt, is gezien...?


De dokters van MINSA zijn nog altijd in staking. Sinds iets meer twee weken kan je – als je ziek wordt – niet meer op consultatie in de publieke hospitalen of gezondheidscentra. In Lima is er enkel een verdunde personeelsbezetting voor de emergentiediensten en intensieve zorgen in de hospitalen. In andere steden – zoals Arequipa – zou, volgens de plaatselijke krant, zelfs de dienstverlening in de emergentie niet gegarandeerd zijn.
De Minister van Gezondheid is, sinds de aankondiging van de staking, bezig met een soort van “publieke campagne” om de burgers op te zetten tegen de dokters en verplegend personeel. In verdoken of open bewoordingen wordt het medisch personeel ervan beschuldigd niet bereid te zijn tot dialoog; “lui” te zijn; onverantwoordelijk en zelfs “crimineel” in hun beslissing om te staken en de zieke bevolking aan zijn lot over te laten.

De Minister schijnt daarbij te vergeten dat de dokters al sinds meer dan een jaar “in dialoog” zijn en dat hijzelf in januari 2008 reeds akkoorden tekende die de regering – hijzelf dus - niet naleeft. Hij schijnt daarbij ook te vergeten dat hij van de ene dag op de andere via een Decreet afvaardigde dat de dokters voortaan 8 uur ipv. 6 uur moeten werken voor hetzelfde magere loon. Dat de gezondheidssector in Peru schreeuwt om structurele oplossingen in plaats van de bouw van weer eens zoveel hospitalen. Dat het land al meer dan twee jaar een economische “boom” beleeft maar dat de Staat zijn beloftes om meer te investeren in gezondheid niet nakomt. Dat de statistieken op vlak van welzijn en gezondheid in het land miserabel zijn en blijven. Dat té veel mensen in Peru sterven van diarree, van een kind te baren, van een (illegale) abortus in miserabele omstandigheden, van TBC, van malaria en van nog zoveel andere ziektes of situaties die perfect te voorkomen én te behandelen zijn. Maar er is geen gezondheidspost in buurt; geen ambulance (of die is kapot; of de benzine is op); de dokter is niet op post net wanneer hij dringend nodig is; de voorraad medicijnen of injectienaalden is op; de patient of zijn familie heeft het geld niet om het medisch materiaal, dat ontbreekt in het gezondheidscentrum, bij de comerciële apotheek om de hoek te kopen; … Enzovoort, enzovoort…

Ik ben ervan overtuigd dat ook de medische wereld, dokters op de eerste plaats, autokritisch moeten zijn en hun eigen aandeel moeten bekijken in het meer efficiënt maken van de sector; het uitroeien van nepotismen; het aanknopen van rijpere en evenwichtigere relaties met hun patienten; het democratiseren van de sector; het in ere herstellen van de “dienstverlening” en de wezenlijk humanitaire en sociale inspiratie van hun beroep.

De houding van de Minister is echter allesbehalve constructief. Zo liet hij zich vorige week ontvallen dat hij zou vragen aan dierenartsen met een master in ziekenhuiswetenschappen om het management van alle publieke hospitalen op zich te nemen. De Minister mag niet vergeten dat staking een recht is. Zeker na maanden van vruchteloze dialoog en tervergeefs wachten op het nakomen van akkoorden die hij zelf ondertekende. Ook in een cruciale sector als gezondheid is staking een recht. Het syndicaat heeft trouwens tenten opgezet aan de ingang van de belangrijkste hospitalen in Lima waar de stakende dokters de bevolking gratis behandelen. De “luie” dokters hebben ondertussen ook het ontslag van de Minister geëist.

Geen opmerkingen: